Het laden ...

Lentemoeheid, hoe bestrijd ik het?

Meestal associëren we de lente met prettige ervaringen: het wordt warmer, de bloemen gaan bloeien, alles rondom ons komt tot leven. Zelfs de regen wordt steeds warmer en enkele druppels op ons haar vinden we al niet meer zo’n probleem als in de herfst. Er is echter een verschijnsel dat in de eerste weken van het voorjaar voor negatieve gevolgen zorgt: lentemoeheid. Wat is die lentemoeheid nu precies? Welke reacties lokt ze in ons lichaam uit? En wat kunnen we doen bij zo’n voorjaarsdip?

Als weersveranderingen ons depri maken

Wat is nu precies die beruchte lentemoeheid? Het is een reactie van ons lichaam op de weers- en luchtdrukveranderingen. In de winter is de luchtdruk hoog en de temperatuur laag, maar in de lente begint dit te veranderen. Soms gebeurt die verandering plots, en hoewel we blij zijn met de zon en de warmte, kan het gebeuren dat we ons moe en slaperig voelen, dat onze concentratie daalt en we hartkloppingen krijgen. We voelen de verandering letterlijk in onze botten en verliezen onze levenslust. Heel wat mensen denken dat die symptomen ingebeeld zijn en dat slechts enkelen onder ons ze werkelijk voelen. De wetenschap heeft deze aandoening echter al geclassificeerd en ze een officiële naam toegekend: lentemoeheid.

Hoe kunnen we lentemoeheid tegengaan? Door onze weerstand te versterken!

Vooraleer we van start gaan moet je weten wat er nu eigenlijk – naast de bovenvermelde factoren – die lentemoeheid in de hand werkt. Om kort te zijn: het is onze “winterse” levensstijl. We eten minder verse groenten en fruit (en meer producten die veel koolhydraten bevatten). De dagen in de winter zijn korter, we slapen niet voldoende en zijn minder actief (in het bijzonder in de buitenlucht). Dit alles versterkt onze flauwte aan het begin van de lente.

Daarom moeten we onze weerstand versterken om ons lichaam zich doeltreffend te laten verdedigen tegen de negatieve gevolgen van een voorjaarsdip. We moeten in de eerste plaats ons dieet aanvullen met producten die veel vitamines en macro-elementen bevatten. We weten allemaal dat vitamine C in het bijzonder onze weerstand stimuleert, maar het is ook noodzakelijk om vitamine D aan te vullen. Na de wintermaanden met weinig zon hebben we meestal een vitamine D-tekort. Tegelijkertijd moeten we ook zorgen voor gepaste doses vitamine A en E, de zogenaamde jeugdvitamines, die ons uiterlijk en de staat van onze huid verbetert.

Artsen raden ook aan om het niveau van chroom (chroom helpt bij een goed metabolisme van macro-elementen), kalium en magnesium (belangrijk voor ons zenuw- en spierstelsel) te controleren en ook van seleen, zink en ijzer (versterking van de weerstand en algemene toestand van het lichaam). Indien nodig kunnen we gebruik maken van hoogwaardige voedingssupplementen die verkrijgbaar zijn in de apotheek. We mogen niet vergeten dat alle potentiële tekorten dienen te worden aangevuld onder toezicht van een arts.

Leef actief

Hierbij mogen we niet vergeten om regelmatig te bewegen (indien mogelijk in de buitenlucht). Dit heeft ook een invloed op onze weerstand, waarschijnlijk zelfs in dezelfde mate als een gezond dieet. Na elke maaltijd moeten we ervoor zorgen dat we kunnen regenereren en dat we voldoende slaap krijgen (7 à 9 uur). Zo zullen we er goed op voorbereid zijn om het grillige lenteweer het hoofd te bieden!

 

 

Bronnen:

Internationale statistische classificatie van ziekten en met gezondheid verband houdende problemen - Tiende Revisie, Volume I, uitgave 2008.

Brzozowska A., Roszkowski W., Pietruszka B., Kałuża J., Witaminy i składniki mineralne jako suplementy diety (Vitamines en mineralen als voedingssupplementen), „Żywność: nauka – technologia – jakość” (Voeding: wetenschap – technologie – kwaliteit), 2005, 4(45)

Brzozowska A., Wzbogacanie żywności i suplementacja diety składnikami odżywczymi – korzyści i zagrożenia (Verrijking van de voeding en aanvulling van het dieet met voedingsstoffen) voordelen en risico’s), „Żywność: nauka – technologia – jakość” (Voeding: wetenschap – technologie – kwaliteit), 2001, 4(29)

Progress in Neurobiology (Vooruitgang in de Neurobiologie)2010; 91 (3) Neurology 19993; 43: 125-131; Br. Med. J. 1990; 301

https://zdrowie.pap.pl/wywiadblog/srodowisko/przesilenie-wiosenne-mit-czy-fakt